Elke Olympische sporttak is decretaal verplicht haar spelers te (laten) onderwerpen aan een dopingcontrole. Dit kan zowel tijdens een wedstrijd als daarbuiten. Deze controles zijn vooral bekend uit het wielrennen, maar worden dus ook bij het tafeltennis toegepast.

Voor de aanvang van de A-reeks in Luik (14 uur) werden alle spelers op de hoogte gebracht van de dopingcontrole, georganiseerd door het BOIC. Pas later op de dag beslist de controlearts wie effectief aan de controle wordt onderworpen.

Grégory Obert, nog aan het herstellen van de laatste perikelen van een tendinitis, verloor onverwacht in de eerste ronde van Amaury Delhez (B0). Een uur na de wedstrijd was hij nog niet opgeroepen voor de dopingcontrole en besloot hij huiswaarts te trekken, zo'n 120 km verwijderd van de zaal.

Omstreeks 22 uur, net na de halve finales, besliste de controlearts om alle ingeschreven A-spelers te onderwerpen aan de controle: Merchez, Delobbe, Obert en een speler van Chinese afkomst. Obert werd toen thuis opgebeld om zich aan te melden in Luik voor de dopingcontrole. Hij weigerde echter opnieuw de afstand van 120 km te overbruggen.

Die weigering kan nu beschouwd worden als het ontlopen van een dopingcontrole, wat gelijkstaat met een positieve controle en bijgevolg tot een schorsing van 2 jaar kan leiden. Dit zou bijzonder pijnlijk zijn voor de 28-jarige Obert die zo zijn carrière gefnuikt ziet. Ook zijn club, EBS, ondervindt hier heel wat nadeel aan want zij verliest hierdoor haar kopman.

Wat nu? Eerst en vooral komt er een vergadering van het disciplinair orgaan van de KBTTB. Zij beslissen wat er nu met Obert gebeurt. De kans bestaat dat de zaak wordt geseponeerd, maar evengoed wordt de zwaarst mogelijke sanctie uitgesproken. Grégory Obert heeft te kennen gegeven een advocaat onder de arm te nemen om indien nodig in beroep te gaan...